Enkele jaren geleden, tijdens een vakantie in zuid-Spanje, bezocht ik één van de bekendste toeristische attracties van Sevilla. Ik was in eerste instantie wat terughoudend: het Real Alcázar stond op bijna elk to-do lijstje van de gemiddelde toerist en had een indrukwekkende nummer twee notering in de TripAdvisor Top 40. Het werd ondanks - of juist dankzij - mijn achterdocht, een onvergetelijke ervaring.
Het paleis, gebouwd door de Moren en in de volgende eeuwen uitgebreid door de christelijke vorsten, bestaat uit een complex van met elkaar verbonden gebouwen en besloten hoven, annex prachtig ontworpen tuinen. Het ligt in het zuidelijke deel van het historische stadscentrum van Sevilla en is dankzij haar eeuwenlange bouwtijd een mengsel van Moorse, Mudejarische, Gotische en Renaissance architectuur.
Wat het meeste indruk op mij maakte was hoe vanzelfsprekend de verschillende gebouwen en patio’s met elkaar verbonden waren. Ik liet de decoratieve en rijk geornamenteerde wandtegels links liggen en concentreerde me op de balans tussen binnen- en buitenruimten en welke rol het licht speelde in de verbinding tussen de twee.
Ik had één van die zeldzame momenten in je leven dat je tegelijkertijd intuïtief je omgeving waarneemt en het verstandelijk analyseert: je beseft dat wat je ervaart dat gevoel teweegbrengt. Het gaf mij een gevoel van innerlijke rust en bevestigde tegelijkertijd de keuze die ik vroeg in mijn leven heb genomen om architect te worden.
Dankzij elementaire architectonische elementen als patio's, kolommen, arcades en vensters wekte het Real Alcázar een ruimtelijke ervaring in mij op die naar mijn idee een wezenlijke menselijke behoefte ondersteunt: welbevinden dankzij controle over je situatie. Ik was in een besloten en comfortabele ruimte terwijl ik op hetzelfde moment een gevoel van vrijheid en rust ervoer dankzij de openheid, transparantie en het aanwezige daglicht.
In zorgarchitectuur, het domein waarin ik als architect werkzaam ben, is deze balans een fundamenteel ontwerpuitgangspunt. Patiënten bevinden zich vaak in een onzekere en kwetsbare positie. Hetzelfde geldt voor hun familieleden, die ook veel tijd in ziekenhuizen doorbrengen terwijl het leven van hun dierbaren in gevaar kan zijn. Bij het ontwerpen van ziekenhuizen moet met deze emoties rekening worden gehouden.
Veel meer dan een functionele aaneenschakeling van ruimten moet het ontwerp van een ziekenhuis bijdragen aan het welbevinden van de mens. Patiënten, familieleden en personeel moeten zich er prettig en veilig voelen.
De balans tussen binnen en buiten, licht en donker, open- en beslotenheid speelt hierin een essentiële rol. Tijdens mijn bezoek aan het paleis in Sevilla werd ik weer eens bevestigd in mijn idee dat deze ruimtelijke balans tijdloos is en van grote waarde voor de mens.
Het Real Alcázar paleis in Sevilla is één van de mooiste gebouwen die ik ooit heb bezocht. Het is letterlijk een Healing Environment avant-la-lettre. We kunnen er, ook vandaag nog, veel van leren.